In de blogreeks ‘(On)voldoende naar goed’ gaan we in elke editie in op een standaard uit het onderzoekskader van de Inspectie van het Onderwijs. We geven je praktische tips om invulling te geven aan de wettelijke basiskwaliteit. Deze keer: OP2 Zicht op ontwikkeling en begeleiding in het primair onderwijs.
De standaard OP2 (Zicht op ontwikkeling en begeleiding) draait om het volgen van de ontwikkeling van leerlingen, het signaleren van eventuele achterstanden of voorsprongen, en het bieden van passende ondersteuning. Wat houdt deze standaard precies in en wat zijn belangrijke aandachtspunten? Lees er meer over in dit uitgebreide artikel!
- OP2 Zicht op ontwikkeling en begeleiding is een standaard uit het onderzoekskader van de Onderwijsinspectie voor het primair onderwijs.
- Kern: scholen moeten de ontwikkeling van leerlingen systematisch volgen en passende begeleiding bieden.
- Belangrijkste onderdelen:
- Gebruik een leerlingvolgsysteem (LVS) voor het verzamelen en analyseren van leerlinggegevens.
- Vergelijk leerlingprestaties met verwachte ontwikkeling en referentieniveaus.
- Betrek ouders actief bij de ontwikkeling van hun kind.
- Bied passende ondersteuning, vastgelegd in het schoolondersteuningsprofiel (SOP).
- Stel ontwikkelingsperspectieven (OPP's) op voor leerlingen met extra ondersteuningsbehoeften.
- Vervul de zorgplicht passend onderwijs.
- Integreer opbrengstgericht werken (OGW) en/of handelingsgericht werken (HGW) voor een effectieve aanpak.
- Recent aangescherpte eisen benadrukken het belang van concrete doelen en betrokkenheid van leerlingen en ouders.
OP2 Zicht op ontwikkeling en begeleiding in het inspectiekader voor Primair Onderwijs
In het onderzoekskader staat OP2 als volgt omschreven: "De school volgt de ontwikkeling van de leerlingen en biedt waar nodig passende begeleiding en extra ondersteuning." Om de eisen van de standaard concreter te maken, splitsen we de standaard op in acht onderdelen:
Recente wijzigingen en ontwikkelingen
Sinds 1 augustus 2024 zijn de eisen voor standaard OP2 aangescherpt. Er worden nu hogere eisen gesteld aan ontwikkelingsperspectieven en de verwachtingen van scholen. Dit benadrukt het blijvende belang dat de onderwijsinspectie hecht aan leerlingondersteuning.
Een recent rapport van de Inspectie onderstreept de noodzaak om de extra ondersteuning te verbeteren. Belangrijke knelpunten zijn onduidelijk onderscheid tussen basis- en extra ondersteuning, onvoldoende opstellen van ontwikkelingsperspectieven (OPP’s), ontwikkelingsperspectieven die niet aan wettelijke eisen voldoen, en te weinig inspraak van leerlingen bij het formuleren van doelen.
Daarnaast is er een wetswijziging aangekondigd die de inspraak van leerlingen bij het bepalen van ondersteuningsvoorzieningen verplicht stelt. Deze inspraak moet worden vastgelegd in de schoolgids. Het is nog niet bekend wanneer deze wet in werking treedt.
Hoewel veel scholen al actief bezig zijn met OP2, ontbreekt het soms nog aan een duidelijke structuur en integratie in de dagelijkse praktijk. Dit kan leiden tot inefficiëntie en verhoogde werkdruk. Met deze blog willen we scholen helpen deze processen te stroomlijnen en structureel in te bedden in hun dagelijkse werkwijze.
Tips voor OP2 Zicht op ontwikkeling en begeleiding
1. Ontwikkel een heldere visie
Om invulling te geven aan deze standaard, is het van belang dat de school een eigen visie heeft op haar zicht op ontwikkeling en begeleiding. Daarmee wordt het fundament gelegd voor het volgen van de ontwikkelingen van de leerlingen en het bieden van de juiste ondersteuning. In deze visie kunnen de volgende thema's aan bod komen:
- Volgen van de ontwikkelingen van leerlingen: Hoe zorgen we voor een systematische verzameling van informatie over de kennis en vaardigheden van leerlingen? Hoe leggen we deze gegevens overzichtelijk vast in een leerlingvolgsysteem?
- Vergelijken van de verzamelde informatie: Hoe gebruiken we de verzamelde informatie om eventuele voorsprongen of achterstanden te identificeren, met speciale aandacht voor de referentieniveaus taal en rekenen?
- Informeren van ouders: Hoe betrekken we ouders/verzorgers actief bij de ontwikkeling van hun kind en zorgen we ervoor dat zij op de hoogte blijven van de voortgang in kennis en vaardigheden?
- Bieden van ondersteuning: Wat valt onder onze basisondersteuning en hoe organiseren we aanvullende ondersteuningsbehoeften? Hoe leggen we dit concreet vast in een schoolondersteuningsprofiel en welke rol spelen het samenwerkingsverband en externe partijen hierbij?
- Opstellen van het ontwikkelingsperspectief (OPP): Hoe stellen we een effectief ontwikkelingsperspectief op voor leerlingen met extra ondersteuningsbehoeften? Hoe zorgen we voor duidelijke en concrete doelen en de betrokkenheid van alle relevante partijen?
- Zorgplicht passend onderwijs: Hoe zorgen we ervoor dat een leerling met een overstijgende ondersteuningsbehoefte toch een passende plek vindt waar aan deze behoefte kan worden voldaan, zodat de leerling een ononderbroken ontwikkeling kan doormaken?
Deze visie draagt eraan bij dat de school een compleet beeld heeft van haar leerlingen, eventuele achterstanden of voorsprongen duidelijk aan het licht kan brengen en de juiste ondersteuning kan bieden voor een ononderbroken ontwikkeling.
Samenvatting visie-ontwikkeling:
- Stel een eigen visie op voor zicht op ontwikkeling en begeleiding
- Behandel thema's als leerlingvolgsysteem, informatievergelijking, ouderbetrokkenheid
- Definieer aanpak voor ondersteuning, ontwikkelingsperspectieven en zorgplicht
- Zorg voor een compleet beeld van leerlingen en hun ondersteuningsbehoeften
Praktijkvoorbeeld: Een basisschool heeft een visiedag georganiseerd waarbij het hele team betrokken was. Ze hebben hun visie op zicht op ontwikkeling en begeleiding uitgewerkt in een visueel 'visiecanvas'. Dit canvas hangt nu in de personeelskamer en wordt regelmatig gebruikt als referentiepunt bij teamvergaderingen en besluitvorming over leerlingondersteuning.
2. Volg de ontwikkeling van leerlingen systematisch
Om effectief in te spelen op de leer- en ondersteuningsbehoeften van leerlingen, is het essentieel om hun ontwikkelingen en vaardigheden systematisch vast te leggen. Het leerlingvolgsysteem (LVS) biedt scholen in het primair onderwijs een gestructureerde manier om de voortgang van zowel individuele leerlingen als groepen te monitoren. Hoewel het gebruik van een LVS wettelijk verplicht is, gaat de waarde ervan veel verder dan alleen het voldoen aan regels. Het zorgt voor een compleet beeld van de cognitieve en sociale ontwikkeling van leerlingen, wat belangrijk is voor gerichte en effectieve ondersteuning.
Een belangrijk en verplicht onderdeel van het LVS is het vastleggen van de resultaten uit gestandaardiseerde en betrouwbare toetsen voor de Nederlandse taal en rekenen, goedgekeurd door het College van Toetsen en Examens. Deze toetsen geven objectief inzicht in de cognitieve ontwikkeling van leerlingen en laten zien in hoeverre zij voldoen aan de gestelde referentieniveaus. Dit vormt een solide basis om het onderwijs af te stemmen op de specifieke behoeften van de leerling.
Naast de verplichte toetsresultaten biedt het LVS ook ruimte om andere belangrijke informatie vast te leggen, zoals de voortgang op sociaal-emotioneel vlak en andere vaardigheden en resultaten. Het systeem stelt leerkrachten in staat om patronen en aandachtspunten op groepsniveau te identificeren, wat direct kan worden vertaald naar effectieve groepsplannen. Hierdoor kunnen leerkrachten hun instructie differentiëren en beter inspelen op de behoeften van zowel individuele leerlingen als de groep als geheel.
Het uiteindelijke doel van het LVS is om een volledig en gedetailleerd beeld te krijgen van de leerlingen, waardoor leerkrachten niet alleen sneller voorsprongen en achterstanden kunnen signaleren, maar ook gericht kunnen ondersteunen waar nodig. Bovendien maakt het de overgang tussen groepen en scholen een stuk makkelijker, doordat elke leerkracht moeiteloos inzicht heeft over de ontwikkelingen van de leerling en de gehele klas.
Samenvatting leerlingvolgsysteem:
- Gebruik een leerlingvolgsysteem (LVS) voor systematische monitoring
- Leg resultaten vast van gestandaardiseerde toetsen voor taal en rekenen
- Neem ook informatie op over sociaal-emotionele ontwikkeling en andere vaardigheden
- Benut het LVS voor snelle signalering en gerichte ondersteuning
Praktijkvoorbeeld: Juf Marieke gebruikt een kleurensysteem in haar groep 5. Na elke toets kleurt ze de scores van de leerlingen: groen voor boven verwachting, geel voor op niveau, en rood voor extra aandacht nodig. Dit geeft haar in één oogopslag inzicht in de voortgang van haar klas.
3. Vergelijk verzamelde informatie
Het is belangrijk dat leerkrachten de verzamelde informatie uit het leerlingvolgsysteem regelmatig analyseren en vergelijken met de verwachte ontwikkeling van de leerlingen, zowel op individueel als op groepsniveau, om zo de algehele voortgang goed te kunnen volgen. Bij deze vergelijking worden in ieder geval de referentieniveaus voor taal en rekenen gehanteerd om de ontwikkeling op deze twee basisvaardigheden te kunnen beoordelen. Door deze systematische vergelijking kunnen leerkrachten eventuele achterstanden, maar ook voorsprongen, tijdig signaleren en hierop inspelen om de onderwijsbehoeften van zowel individuele leerlingen als de gehele klas te vervullen.
Wanneer leerkrachten op basis van deze analyses constateren dat leerlingen of groepen leerlingen achterblijven of juist voorlopen op de verwachte ontwikkeling, is het belangrijk om snel en effectief te handelen. Dit kan bijvoorbeeld door in leerlingbesprekingen of teamoverleggen gezamenlijk te kijken naar welke interventies nodig zijn, zoals het aanpassen van groepsplannen, het inzetten van extra instructie, of het bieden van verdiepingsmateriaal aan leerlingen die voorlopen op de verwachte ontwikkeling. Hierdoor wordt het onderwijs beter afgestemd op de uiteenlopende leerbehoeften in de klas.
Het vergelijken van de verzamelde informatie maakt het mogelijk om onderwijs niet alleen reactief, maar ook proactief vorm te geven. De school streeft hierbij naar hoge verwachtingen voor alle leerlingen, met oog voor gelijke kansen. Door tijdig en gericht ondersteuning te bieden, zorg je ervoor dat geen enkele leerling tussen wal en schip valt, en dat iedereen de kans krijgt om zich optimaal te ontwikkelen in een ononderbroken leerproces.
Samenvatting informatievergelijking:
- Analyseer regelmatig LVS-gegevens en vergelijk met verwachte ontwikkeling
- Gebruik referentieniveaus voor taal en rekenen als uitgangspunt
- Signaleer tijdig achterstanden én voorsprongen
- Pas onderwijs proactief aan op basis van analyses
Praktijkvoorbeeld: Een basisschool organiseert elk kwartaal een 'data-dialoog'. Hierbij komen leerkrachten van parallelklassen samen om hun leerlinggegevens te vergelijken en te bespreken. Ze gebruiken een standaard format om trends en afwijkingen te identificeren, wat leidt tot gerichte acties en kennisdeling tussen collega's.
4. Betrek ouders actief
Ouders spelen een fundamentele rol in de ontwikkeling van hun kind. Het is daarom belangrijk om hen op een actieve en transparante manier te betrekken bij de ontwikkeling en vorderingen opgedaan op de school. Het ideale scenario is een driehoekssamenwerking tussen leerkracht, kind en ouders, waarin gezamenlijk wordt gewerkt aan een ononderbroken leerproces. Door ouders inzicht te geven in de vastgelegde vorderingen in het leerlingvolgsysteem, blijven zij continu op de hoogte van de behaalde resultaten en vaardigheden van hun kind. Deze resultaten kunnen meermaals per jaar worden samengevat in een rapport dat de leerlingen mee naar huis nemen om aan hun ouders te laten zien en zo samen naar de ontwikkelingen te kijken.
Cijfers zeggen echter niet alles en ouderavonden bieden de waardevolle gelegenheid om deze prestaties te bespreken, waarbij de leerkracht en ouders samen kunnen kijken naar eventuele behoeften voor extra ondersteuning of uitdaging. Door open en transparant te communiceren, kunnen leerkrachten hun inzichten delen en tegelijkertijd luisteren naar de zorgen en perspectieven van ouders. Zo ontstaat er een gezamenlijke basis voor passende acties, wat de kans vergroot dat de ondersteuning zowel thuis als op school op elkaar is afgestemd.
Deze gezamenlijke aanpak helpt om mogelijke verschillen in belangen te overbruggen. Wanneer ouders zich gehoord en betrokken voelen, is de kans groter dat zij zich committeren aan de doelen die op school zijn gesteld. Hierdoor werken school en ouders samen naar dezelfde doelen toe, wat een positieve impact heeft op zowel het gedrag als de prestaties van het kind, zowel thuis als op school.
Om ervoor te zorgen dat deze driehoekssamenwerking optimaal functioneert, is het belangrijk periodiek te evalueren of ouders voldoende worden geïnformeerd en betrokken bij het leerproces van hun kind. Het meten van oudertevredenheid via tevredenheidsonderzoeken kan helpen om eventuele knelpunten in de communicatie of samenwerking te identificeren en aan te pakken. Ook kan een ouderraad een waardevolle rol spelen door deze onderwerpen regelmatig te bespreken en feedback te geven. Door continu te werken aan de versterking van de samenwerking tussen school en thuis, kan de ontwikkeling van de leerling optimaal worden ondersteund.
Samenvatting ouderbetrokkenheid:
- Creëer een driehoekssamenwerking tussen leerkracht, kind en ouders
- Geef ouders inzicht in vorderingen via LVS en rapportages
- Organiseer ouderavonden voor diepgaande bespreking van prestaties en ondersteuning
- Evalueer regelmatig de effectiviteit van ouderbetrokkenheid
Praktijkvoorbeeld: Op een basisschool wordt drie keer per jaar een 'leerling-ouder-leerkracht' gesprek gehouden. Hierbij presenteert de leerling zelf zijn of haar voortgang aan de ouders, ondersteund door de leerkracht. Dit zorgt voor een actieve betrokkenheid van zowel de leerling als de ouders bij het leerproces.
5. Bied passende ondersteuning
Wanneer een leerling behoefte heeft aan ondersteuning vanwege een achterstand of een voorsprong, is het van belang dat de school duidelijk in kaart heeft welke mogelijkheden zij kan bieden. Het ondersteuningsaanbod van de school bestaat uit twee belangrijke onderdelen: basisondersteuning en extra ondersteuning.
Basisondersteuning omvat alle voorzieningen die elke school binnen het samenwerkingsverband kan bieden. Dit aanbod varieert per samenwerkingsverband, maar omvat vaak voorzieningen zoals sociale vaardigheidstrainingen, ondersteuning bij dyslexie en dyscalculie en algemene zorgvoorzieningen. Deze basisondersteuning is vastgelegd in het ondersteuningsplan van het samenwerkingsverband, zodat ouders en leerlingen inzicht hebben in het basisniveau van de ondersteuning die binnen de regio beschikbaar is.
Extra ondersteuning gaat verder dan de basisondersteuning en is bedoeld voor leerlingen met specifieke of intensieve behoeften. Dit kan variëren van gespecialiseerde begeleiding voor hoogbegaafde leerlingen tot intensieve zorg voor leerlingen met complexe leer- of gedragsproblemen. Extra ondersteuning vereist vaak maatwerk, waarbij de school samenwerkt met externe experts, zoals orthopedagogen, jeugdzorgprofessionals of specialisten van de GGZ. Het betrekken van het samenwerkingsverband en andere externe partijen is hierbij waardevol om ervoor te zorgen dat de leerling de best mogelijke ondersteuning krijgt uit een uitgebreid aanbod.
Het is van groot belang dat de school transparant is over het volledige ondersteuningsaanbod voor alle belanghebbenden. Dit wordt vastgelegd in het schoolondersteuningsprofiel (SOP), waarin de school gedetailleerd beschrijft hoe de ondersteuning binnen de school is georganiseerd, inclusief de beschikbare voorzieningen, samenwerkingsverbanden en eventuele ambities met betrekking tot de ondersteuning. Het SOP wordt eens in de vier jaar vastgesteld en speelt een belangrijke rol bij het bepalen van het onderwijskundig beleid. Om ervoor te zorgen dat alle belanghebbenden, zoals ouders en leerlingen, goed geïnformeerd zijn, moet het SOP breed toegankelijk zijn, zoals bijvoorbeeld via de schoolgids en de schoolwebsite.
Het is verstandig om iemand verantwoordelijk te stellen voor het periodiek evalueren van het SOP, zowel op volledigheid als bekendheid onder de belanghebbenden. Zo blijft het document actueel.
Samenvatting passende ondersteuning:
- Maak onderscheid tussen basisondersteuning en extra ondersteuning
- Leg het ondersteuningsaanbod vast in het schoolondersteuningsprofiel (SOP)
- Werk samen met externe experts en het samenwerkingsverband bij extra ondersteuning
- Zorg voor transparantie en toegankelijkheid van het SOP
- Evalueer regelmatig de actualiteit en effectiviteit van het ondersteuningsaanbod
Praktijkvoorbeeld: Een basisschool heeft een 'support-buddy' systeem geïmplementeerd. Elke leerkracht is gekoppeld aan een collega-leerkracht en een onderwijsassistent, die samen een 'support-team' vormen. Dit team komt maandelijks bijeen om de ondersteuningsbehoeften van leerlingen te bespreken en gezamenlijk interventies te plannen. De onderwijsassistent kan flexibel worden ingezet in de klassen om extra ondersteuning te bieden, terwijl de leerkrachten elkaar coachen en ideeën uitwisselen. Dit systeem zorgt voor een bredere kijk op ondersteuning, meer flexibiliteit in de uitvoering, en bevordert tegelijkertijd de professionele ontwikkeling van het team.
6. Stel effectieve ontwikkelingsperspectieven op
In het geval van een extra ondersteuningsbehoefte dient de school binnen zes weken een ontwikkelingsperspectief (OPP) voor de betreffende leerling op te stellen. Het is daarom essentieel dat de school duidelijk in beeld heeft welke vormen van ondersteuning als extra ondersteuning worden beschouwd. Sinds de start van het huidige schooljaar zijn de eisen in het onderzoekskader voor primair onderwijs aangescherpt, en zijn er meer vereisten toegevoegd waaraan het ontwikkelingsperspectief en de uitvoering hiervan moeten voldoen. De wettelijke inhoudelijke vereisten van het ontwikkelingsperspectief zijn de verwachte uitstroombestemming van de leerling, samen met een onderbouwing daarvan en een beschrijving van de geboden ondersteuning en begeleiding.
Het is daarnaast van groot belang dat het OPP concrete, meetbare doelen bevat die richting geven aan een planmatige en doelgerichte uitvoering van de extra ondersteuning. De nieuwe eisen die sinds dit schooljaar gelden, leggen extra nadruk op het formuleren van concrete en ambitieuze, maar haalbare doelen. Om deze doelen effectief te formuleren, moeten ouders en leerlingen actief betrokken worden bij het opstellen van het OPP. Dit zorgt ervoor dat het OPP niet alleen aansluit bij de ondersteuningsbehoeften, maar ook bij de capaciteiten en ambities van de leerling. Deze gezamenlijke aanpak bevordert een gedeelde verantwoordelijkheid voor het behalen van de gestelde doelen.
Omdat de ondersteuningsbehoeften van een leerling in de loop van de tijd kunnen veranderen, is het belangrijk om het OPP en de bijbehorende doelen minimaal eenmaal per schooljaar te evalueren. Hierbij worden niet alleen de voortgang en de doelen besproken, maar wordt ook het ondersteuningsaanbod en de uitvoering van de ondersteuning onder de loep genomen. Het is belangrijk om ook bij deze evaluatie de leerling en ouders te betrekken, waarbij het zelfs een wettelijke verplichting is om instemming van de ouders te hebben voordat wijzigingen in het OPP worden doorgevoerd. Deze evaluatiemomenten bieden de perfecte gelegenheid om de gebruikte methoden en verantwoordelijkheden systematisch te beoordelen en waar nodig aan te passen. Zo wordt een continue Plan-Do-Check-Act-cyclus toegepast, wat bijdraagt aan de verbetering van zowel het ondersteuningsaanbod als de effectiviteit van de geboden hulp.
Tot slot is het verplicht om het OPP te registreren in het Register Onderwijsdeelnemers (ROD), zodat de voortgang en ondersteuning van de leerling goed gedocumenteerd en toegankelijk zijn voor alle betrokken partijen.
Voor meer informatie over het opstellen van passende, ambitieuze en concrete doelen in het OPP en andere tips, verwijzen we je graag naar onze blog over ontwikkelingsperspectieven.
Samenvatting ontwikkelingsperspectieven:
- Stel binnen zes weken een OPP op bij extra ondersteuningsbehoefte
- Formuleer concrete, meetbare en ambitieuze doelen
- Betrek ouders en leerlingen actief bij het opstellen en evalueren van het OPP
- Evalueer het OPP minimaal jaarlijks en pas indien nodig aan
- Registreer het OPP in het Register Onderwijsdeelnemers (ROD)
Praktijkvoorbeeld: Op een basisschool wordt bij het opstellen van een OPP gebruik gemaakt van een 'kindgesprek'. De intern begeleider en de leerkracht gaan samen met de leerling in gesprek over zijn of haar doelen, interesses en uitdagingen. Deze input wordt direct verwerkt in het OPP, waardoor de leerling zich meer betrokken en gemotiveerd voelt bij het behalen van de gestelde doelen.
7. Vervul de zorgplicht passend onderwijs
Elke school heeft een zorgplicht, wat inhoudt dat zij verantwoordelijk is voor het vinden van een passende onderwijsplek voor elke leerling. Deze zorgplicht begint zodra ouders hun kind bij de school aanmelden. Als de ondersteuningsbehoefte van de leerling het ondersteuningsaanbod van de school overstijgt is de school verplicht om, in samenwerking met de ouders, te zoeken naar een andere plek waar deze behoefte wel kan worden vervuld. Hierbij kan de school vaak rekenen op de steun van het samenwerkingsverband. Dit kan resulteren in een plaatsing op een andere reguliere school binnen het samenwerkingsverband met een uitgebreider ondersteuningsaanbod, of in een verwijzing naar een school voor speciaal onderwijs die beter kan inspelen op de specifieke behoeften van de leerling.
Het vaststellen van een duidelijk en toegankelijk schoolondersteuningprofiel is ook voor dit proces van groot belang. Een goed gedocumenteerd SOP helpt bij het nemen van weloverwogen beslissingen en zorgt ervoor dat ouders direct kunnen zien of de school in staat is om aan de specifieke ondersteuningsbehoeften van hun kind te voldoen. Dit draagt bij aan een transparante communicatie en versterkt het vertrouwen tussen school en ouders.
Door een uitgebreid en toegankelijk ondersteuningsaanbod, een nauwe samenwerking binnen het samenwerkingsverband en heldere communicatie met ouders, kan ervoor worden gezorgd dat elke leerling een passende plek krijgt die aansluit bij zijn of haar individuele behoeften. Zo kunnen scholen, ongeacht de complexiteit van de ondersteuningsbehoeften, bijdragen aan het welzijn en de optimale ontwikkeling van elke leerling.
Samenvatting zorgplicht passend onderwijs:
- Start de zorgplicht zodra ouders hun kind aanmelden
- Zoek, indien nodig, naar een andere school die beter kan voorzien in de ondersteuningsbehoefte
- Werk samen met het samenwerkingsverband bij het vinden van een passende plek
- Zorg voor een duidelijk en toegankelijk schoolondersteuningsprofiel
- Communiceer helder met ouders over het ondersteuningsaanbod
Praktijkvoorbeeld: Een samenwerkingsverband heeft een 'onderwijsloket' opgericht. Scholen kunnen hier terecht met complexe ondersteuningsvragen. Een multidisciplinair team helpt dan binnen twee weken met het vinden van een passende onderwijsplek, waarbij ze putten uit een breed netwerk van reguliere en speciale scholen in de regio.
8. Integreer opbrengst- en/of handelingsgericht werken
Bij het werken aan het zicht op de ontwikkeling en begeleiding is het van grote waarde om de principes van opbrengstgericht werken (OGW) en handelingsgericht werken (HGW) te integreren. Deze benaderingen versterken elkaar en dragen bij aan een effectieve invulling van OP2. Hoewel niet alle scholen deze benaderingen volledig geïntegreerd hebben, zien we dat steeds meer scholen elementen hiervan toepassen in hun dagelijkse praktijk.
Opbrengstgericht werken focust op het systematisch en doelgericht werken aan het maximaliseren van leerlingprestaties. Het draait om het stellen van hoge, maar realistische doelen, het regelmatig meten van resultaten en het aanpassen van het onderwijs op basis van deze metingen. Dit sluit naadloos aan bij de eisen van OP2 om de ontwikkeling van leerlingen systematisch te volgen en het onderwijs daarop af te stemmen.
Handelingsgericht werken richt zich op het afstemmen van het onderwijs op de onderwijsbehoeften van de leerlingen. Het gaat uit van een cyclisch proces van waarnemen, begrijpen, plannen en realiseren. HGW benadrukt het belang van samenwerking tussen leerkracht, leerling, ouders en eventuele externe professionals, wat direct aansluit bij de eis van OP2 om ouders te betrekken en samen te werken met externe partijen waar nodig.
Door OGW en HGW te integreren in de aanpak van OP2, creëer je een krachtige combinatie:
- Datagestuurd werken: OGW levert de data en analyses die nodig zijn om de ontwikkeling van leerlingen nauwkeurig te volgen. HGW gebruikt deze gegevens om de onderwijsbehoeften van leerlingen in kaart te brengen.
- Doelgericht werken: OGW zorgt voor heldere, meetbare doelen. HGW vertaalt deze doelen naar concrete acties en ondersteuning op maat.
- Cyclisch proces: Beide benaderingen gaan uit van een cyclisch proces van plannen, uitvoeren, evalueren en bijstellen. Dit sluit aan bij de eis van OP2 om de ondersteuning regelmatig te evalueren en bij te stellen.
- Betrokkenheid van alle partijen: HGW benadrukt de samenwerking met leerlingen, ouders en collega's. Dit versterkt de implementatie van OP2, waarin ouderbetrokkenheid en samenwerking met externe partijen belangrijke elementen zijn.
- Preventief en proactief: Door de combinatie van data-analyse (OGW) en het in kaart brengen van onderwijsbehoeften (HGW) kunnen scholen vroegtijdig inspelen op mogelijke achterstanden of voorsprongen, zoals vereist in OP2.
Door OGW en HGW te verweven in de aanpak van OP2, creëer je een rijke leeromgeving waarin de ontwikkeling van leerlingen centraal staat, onderbouwd door data en afgestemd op individuele behoeften. Dit zorgt ervoor dat de school niet alleen voldoet aan de eisen van de inspectie, maar ook daadwerkelijk het beste uit elke leerling haalt.
De uitdaging voor veel scholen ligt in het consistent en geïntegreerd toepassen van deze principes. Tijdgebrek, administratieve lasten en de complexiteit van individuele leerlingbegeleiding worden vaak genoemd als obstakels. Toch zien we dat scholen die elementen van OGW en HGW succesvol integreren, vaak beter in staat zijn om aan de eisen van OP2 te voldoen. Ze creëren een rijkere leeromgeving waarin de ontwikkeling van leerlingen centraal staat, onderbouwd door data en afgestemd op individuele behoeften. Voor scholen die hier nog niet volledig mee werken, kan het helpen om stap voor stap elementen te integreren. Begin bijvoorbeeld met het verbeteren van de data-analyse of het structureler betrekken van leerlingen bij hun eigen leerproces. Zo werk je geleidelijk toe naar een meer integrale aanpak die zowel opbrengst- als handelingsgericht is.
Samenvatting integratie OGW en HGW:
- Combineer opbrengstgericht werken (OGW) en handelingsgericht werken (HGW) bij de implementatie van OP2
- Gebruik data-analyse (OGW) om ontwikkeling te volgen en onderwijsbehoeften (HGW) in kaart te brengen
- Stel heldere, meetbare doelen (OGW) en vertaal deze naar concrete acties (HGW)
- Pas een cyclisch proces toe van plannen, uitvoeren, evalueren en bijstellen
- Betrek alle partijen (leerlingen, ouders, collega's, externe professionals) bij het proces
- Werk preventief en proactief door vroegtijdige signalering en interventie
Praktijkvoorbeeld: Op een basisschool wordt elk kwartaal een 'data-dag' gehouden. Leerkrachten analyseren dan gezamenlijk de toetsresultaten (OGW) en koppelen deze aan observaties van leerlinggedrag en -behoeften (HGW). Ze stellen vervolgens groepsplannen op die zowel data-gedreven als leerlinggericht zijn. Deze aanpak heeft geleid tot een merkbare verbetering in leerlingprestaties en -tevredenheid.
De stip op de horizon voor OP2
In de ideale situatie voor OP2 Zicht op ontwikkeling en begeleiding heeft de school een volledig en actueel beeld van al haar leerlingen, waarbij eventuele achterstanden of voorsprongen snel worden gesignaleerd en effectief worden aangepakt. De school heeft een uitgebreid ondersteuningsaanbod, vastgelegd in een toegankelijk schoolondersteuningsprofiel, met een duidelijke scheiding tussen basisondersteuning en voorzieningen voor extra ondersteuning. Bij extra ondersteuningsbehoeften wordt een ontwikkelingsperspectief opgesteld, waarin concrete doelen zijn opgenomen en waarin zowel de leerling als de ouders actief worden betrokken.
Door een gestructureerde aanpak worden handelingsgericht werken en opbrengstgericht werken naadloos geïntegreerd, wat de school in staat stelt haar zorgplicht voor passend onderwijs optimaal te vervullen. Hierdoor kan de school niet alleen hoge verwachtingen behouden, maar ook effectief inspelen op de specifieke leerbehoeften van elke leerling. Zelfs wanneer de ondersteuningsbehoefte het aanbod van de school overstijgt, zorgt de school voor een passende plek waar de leerling de ondersteuning krijgt die hij of zij nodig heeft. Dankzij een duidelijke en overzichtelijke structuur wordt een ononderbroken ontwikkeling voor elke leerling gewaarborgd, terwijl de ondersteuning zo efficiënt en doelgericht mogelijk wordt toegepast.